Paleontologen in China hebben een voorheen onbekende soort oud roofdier opgegraven, Taotienimravus songi, een lid van de uitgestorven familie Nimravidae, vaak ‘valse sabeltandkatten’ genoemd. De ontdekking, gedetailleerd beschreven in een recente publicatie in de Proceedings of the Royal Society B, vult een kritische leemte in het begrip van hoe vroege carnivoren evolueerden om ecosystemen van grote prooien te domineren.

De opkomst van vroege grote roofdieren

Taotienimravus songi leefde ongeveer 28 miljoen jaar geleden, tijdens het midden van het Oligoceen. Deze periode was een keerpunt in de evolutie van zoogdieren, toen carnivoren groter begonnen te worden en zich specialiseerden in de jacht op grotere dieren. De familie Nimravidae vertegenwoordigt een van de eerste groepen die dit bereikten, vóór de moderne katachtige roofdieren (Felidae).

Waarom dit ertoe doet: Het fossielenbestand van vroege grote carnivoren is fragmentarisch, vooral buiten Noord-Amerika. Deze ontdekking uit Noord-China biedt een zeldzaam kijkje in de manier waarop deze roofdieren zich ontwikkelden in Eurazië, waar het behoud van fossielen vaak minder compleet is.

Unieke botkrakende aanpassingen

In tegenstelling tot veel sabeltandkatten die afhankelijk waren van snijdende beten, lijkt Taotienimravus zich te hebben gespecialiseerd in het verpletteren van botten. Paleontologen merken het ongewoon brede gehemelte, de vergrote premolaren en de korte, robuuste hoektanden op – kenmerken die bij de meeste andere Nimravids niet voorkomen.

Belangrijkste kenmerken van de nieuwe soort:
– Zeer korte en robuuste bovenhoektanden.
– Een breder gehemelte dan andere bekende Nimravids.
– Vergrote premolaren zonder openingen tussen de tanden.

Dit suggereert een unieke moordstrategie, vergelijkbaar met moderne hyena’s, die krachtige beten gebruiken om botten te verbrijzelen en toegang te krijgen tot merg. Het dier exploiteerde waarschijnlijk een niche die op dat moment niet beschikbaar was voor andere roofdieren.

Concurrentie en niche-evolutie

De opkomst van Taotienimravus valt samen met de teloorgang van een andere vroege groep carnivoren, de Oxyaenidae. Wetenschappers denken dat de opkomst van de Nimravids mogelijk is veroorzaakt door de concurrentiedynamiek.

Het grotere plaatje: De familie Nimravidae bloeide door ecologische niches te bezetten die nog niet door moderne katten werden geëxploiteerd. Hun succes suggereert dat vroege carnivoren niet werden beperkt door directe concurrentie binnen hun eigen groep, waardoor ze de ecosystemen van grote prooien konden diversifiëren en domineren.

Een nieuwe tak van de evolutionaire boom

Fylogenetische analyse bevestigt dat Taotienimravus nauw verwant is aan andere Nimravids uit Europa en Noord-Amerika. Dit suggereert dat de familie mogelijk wijdverspreider was dan eerder werd gedacht, waarbij verschillende soorten zich aanpasten aan de lokale omgeving.

De ontdekking onderstreept het belang van zowel ecologische als ecologische factoren bij het vormgeven van de evolutie van roofdieren. Het begrijpen van deze dynamiek is cruciaal voor het reconstrueren van de oude ecosystemen waarin deze dieren floreerden.

Het onderzoek van het team benadrukt dat de studie van nicheverandering en -evolutie gebaseerd moet zijn op zowel abiotische als biotische overwegingen.

De nieuwe soort onderstreept hoe vroege carnivoren met succes ecologische niches bezetten die niet door Felidae werden geëxploiteerd, waarschijnlijk als gevolg van beperkte concurrentie tijdens hun evolutionaire geschiedenis.